Over ons
Over “eet friet van Piet” of hoe het begon
Door Jeroen G. Princen - 19 februari 2013
“De Juridische Faculteitsvereniging Rotterdam bestaat dit jaar 50 jaar, maar eigenlijk is binnen de vereniging alleen de geschiedenis van de laatste 25 jaar bekend. In het collegejaar 1988-1989 hebben een paar mensen de JFR weer nieuw leven ingeblazen. Er bleken statuten te zijn, de vereniging was in 1963 opgericht, maar een bestuur was er niet. Daarmee werden wij het 26e bestuur van de JFR, maar in de beleving van vrijwel iedereen eigenlijk het eerste bestuur van JFR.
In 1988 “hing” de JFR eigenlijk onder de toen bestaande juridische disputen ORD, IUS Mobile, D.J. Veegens en het strafrechtelijke dispuut. ORD was met circa 100 leden het grootste dispuut. Haar leden bezochten vooral bedrijven. Bij D.J. Veegens vonden regelmatig pleitwedstrijden plaats. Geen van de disputen had een eigen tijdschrift of nieuwsbrief voor leden, geen van de disputen organiseerden studiereizen. JFR had geen smoel binnen de faculteit.
Omdat ikzelf als economiestudent begonnen was, was ik goed bekend geraakt met de EFR bij de Economische Faculteit. Dat was een grote vereniging met veel activiteiten, een “business week” en een eigen magazine. De verschillende disputen van EFR organiseerden vele buitenlandse studiereizen. De EFR werd uitbundig gesponsord door grote multinationals. In het laatste jaar van mijn studie wilde ik proberen om naar analogie van de EFR de JFR nieuw leven in te blazen. Dat betekende dat de opzet van de JFR radicaal zou worden gewijzigd: niet langer zou de JFR onder de disputen hangen en kon ieder dispuut één bestuurslid afvaardigen naar de JFR, maar de JFR zou “boven” de disputen komen te staan en toezien op coördinatie van de te organiseren activiteiten en een eigen bestuur door de leden laten kiezen. ORD was zo aardig om na twee proefnummers van Fiat Justitia binnen ORD-verband het blad over te dragen aan de JFR. Daardoor kwam Fiat Justitia beschikbaar voor alle leden. Hierdoor kreeg de JFR ook gelijk een eigen gezicht naar buiten toe en mogelijke advertentie-inkomsten.
Alle disputen konden zich vinden in de nieuwe opzet en met een bestuur van vijf personen zijn we aan de slag gegaan. We organiseerden de voorloper van de Meesterweek, die in eerste instantie maar twee dagen duurde. Er waren gelijk mooie sprekers met mr. Moskowicz Sr en Advocaat-Generaal mr. Leijten. Een speciale commissie organiseerde de eerste studiereis van JFR naar Milaan. Aan het einde van het collegejaar gingen er circa 25 studenten mee.
Het bestuur van de JFR kreeg van de universiteit een kleine kamer in de kelder van het NT-gebouw. In deze NT-zevenkamer hadden we één computer met Wordperfect 4.2 erop en één matrixprinter voor de stickers. Uit een klein raampje viel wat daglicht naar binnen. Financiële middelen had de JFR toen nog helemaal niet. Via bevriende hoogleraren als Henc van Maarseveen, helaas recent overleden, en Henk Snijders en met hun steun in de Faculteitsraad kregen we het eerste jaar een subsidie van de faculteit van NLG 6.000, omgerekend minder dan EUR 3.000. De toenmalige decaan van de faculteit, prof. Mr. drs. P.W.C. Akkermans zag het niet zo zitten met de JFR. Toen ik hem om een financiële bijdrage had gevraagd, gaf hij als antwoord dat we maar naar een snackbar op de Beneden Oostzeedijk moesten gaan met de vraag of we truien konden laten bedrukken met de tekst “Eet friet van Piet” waar tegenover de JFR dan een kleine financiële bijdrage zou kunnen ontvangen. De Juridische Faculteit en de Rotterdamse juristen profiteren nu al vele jaren van de talloze activiteiten die de JFR in aanvulling op het studieprogramma organiseert, de netwerken die de vereniging inmiddels in den lande heeft ontwikkeld, de banenmarkten, de interessante programma’s bij de Meesterweek en de immer lezenswaardige Fiat Justitia-uitgaven.
25 Jaar lang hebben even zo vele besturen hun beste krachten gegeven om de vereniging verder uit te bouwen en het resultaat is iets om trots op te zijn!”